Checklist WAT WAT

Deze richtlijnen zijn voor de contentpartners van WAT WAT, die mee info schrijven op watwat.be. Maar ook andere mensen die jongeren informeren, kunnen dit als leidraad gebruiken.

Inhoud

Titel & description

  • Zet je titel in vraag-antwoord.
    • Bijvoorbeeld: Blijf ik als jobstudent recht hebben op kindergeld?
  • Schrijf het belangrijkste woord eerst in je titel. Zet er in wat je wil meegeven aan de lezer.
    • Bijvoorbeeld: Pil vergeten, wat nu?
  • Geef in de description voor Google al het antwoord op de vraag, geen commercieel 'teasen'
    • Schrijf niet:
      • Title: Met hoeveel mensen mag ik afspreken?
      • Description: Vraag je je af met hoeveel mensen je mag afspreken? Het is soms ingewikkeld, die corona-richtlijnen. Ontdek hier hoe het zit.
    • Schrijf wel:
      • Title: Met hoeveel mensen mag ik afspreken?
      • Description: Buiten mag je afspreken met wie je wil, er is daar geen samenscholingsverbod meer. Binnen mag je 8 mensen uitnodigen boven op de mensen met wie je samenwoont.

Tone of voice en boodschap

  • Maak je tekst niet belerend. Schrap ‘moeten’!
  • Duw de jongeren niet in een bepaalde richting. Geef een overzicht van hun mogelijkheden, zodat ze zelf een keuze kunnen maken.
  • Empowerend: kunnen jongeren iets met je tekst? Weten ze na het lezen wat ze kunnen doen?
  • Maak je tekst empathisch. Zet je naast de jongere. Erken hun gevoelens.
  • Schrijf genderinclusief: die/hen/hun of gebruik meervoud
    • Bijv. Bespreek dit risico met je dokter. Die kan inschatten wat voor jou de beste oplossing is.
    • Tip: Gebruik de 6-Wablieft pointers.
  • Wees je bewust van je veronderstellingen: niet iedereen heeft een mama en papa of is hetero.
    • Schrijf niet: je mama en papa. Schrijf wel: je ouder(s) of voogd(en).
    • Schrijf niet: je vriend of vriendin. Schrijf wel: je partner of lief.

Structuur

  • Schrijf 1 artikel per boodschap. Een andere vraag = een ander artikel.
  • Zet de belangrijkste info bovenaan. Help jongeren snel het antwoord op hun vraag te vinden.

Online schrijven

  • Gebruik bullets, tussentitels, zet belangrijke woorden in het vet.
  • Gebruik 1 alinea per onderwerp.
  • Doe de 3-metertest. Ga 3 meter van je tekst staan. Krijg je dan een overzichtelijk idee van je tekst?
  • Max. 15 woorden per zin.
  • Max. 3 zinnen per paragraaf
  • Maak je links betekenisvol
  • Check je tekst op een smartphone, want 61% van de bezoekers ziet je tekst op zo'n klein scherm.

Woordgebruik

  • Spreek de jongere rechtstreeks aan. Gebruik ‘je’.
  • Gebruik actieve zinnen.
  • Gebruik geen jargon of schrijftaal: geen echter, immers, gelieve …
  • Schrap: zullen/worden/kunnen/hebben
    • Schrijf niet: Heb je toestemming gekregen?
    • Schrijf wel: Kreeg je toestemming?
  • Vermijd gedachtestreepjes, bijzinnen en haakjes.
  • Omschrijf het resultaat, niet de actie. Niet: zoek, maar: vind.
  • Gebruik eenvoudige woorden.

Kon je overal een vinkje plaatsen? Dan kan je tekst op WAT WAT!