Hoe komt het dat je autisme hebt?

Ze weten niet echt waarom iemand een autismespectrumstoornis (kortweg: autisme) heeft en iemand anders niet. Ze hebben in onderzoek wel al dingen gevonden die een hogere kans geven op autisme:

  1. De genen waarmee je geboren wordt (het DNA dat je mee krijgt van je biologische ouders). Er is niet één gen dat autisme veroorzaakt. Onderzoekers hebben al meer dan 300 verschillende genen gevonden die gelinkt zijn aan autisme.
  2. Dingen die gebeuren tijdens of kort na de zwangerschap, zoals een zware ontsteking bij de moeder of ernstige vroeggeboorte.

Belangrijk: Eén gen of één iets in om je omgeving zorgt er niet voor dat je autisme hebt. Er zijn meerdere genen en dingen in je omgeving nodig om een hogere kans te hebben op autisme.

Ongeveer 1 op 150 mensen (0,6-0,7%) heeft autisme, maar autisme is zeer divers. Elke persoon met autisme is anders. De dingen die ervoor zorgen dat iemand autisme heeft, zullen dus ook voor iedereen anders zijn.

Mijn broer of zus heeft autisme, dus ik ook?

Heeft iemand in je familie autisme? Dan is er een grotere kans dat jij ook zelf autisme hebt. Maar: dat is zeker niet altijd zo.

Je hebt een andere combinatie van genen dan je broer of zus. De zwangerschap van je moeder was ook anders. Het kan dus dat jouw broer of zus autisme heeft en jij niet, of omgekeerd.

FOTO: Irene Strong

Nood aan een babbel?

Praat erover